Het is verstandig het gebruik van alcohol zo lang mogelijk uit te stellen. Stel in ieder geval de regel: voor je 18e geen alcohol. Daarna zo min mogelijk.
En: geef het goede voorbeeld. Als je zelf drinkt: drink matig.
Praat erover als jouw kind te veel drinkt. Doel van zo’n gesprek is dat jouw kind minder gaat drinken of stopt. Hoe begin je een gesprek? Hoe bouw je zo’n gesprek op? En waarover praat je?
Het begin hoeft niet zo moeilijk te zijn. Een feest kan een aanleiding zijn. Iets in de krant of op tv. Of een voorval in de buurt. Vraag wat jouw kind ervan vindt en hoe hij of zij met alcohol omgaat.
Veilig thuiskomen is ook een onderwerp. Hoe komt jouw kind thuis? Neemt hij of zij een taxi of nachtbus? Of stapt jouw kind met drank op op de fiets/brommer/scooter of bij iemand die gedronken heeft in de auto?
Je kunt ook een gesprek beginnen omdat jouw kind dronken thuisgekomen is. Daar kun je de volgende dag of later op terug komen.
Houd het gesprek open, veroordeel niet meteen
Welke opening je ook kiest, zorg ervoor dat je niet meteen veroordeelt. Kom niet meteen met allerlei meningen en opvattingen. Dat kan later nog.
Stel vragen, toon interesse
In plaats van verwijten, kun je eerst vragen wat er lekker is aan veel drinken. En hoe zo’n avond verloopt. Praten over de voordelen haalt de spanning uit het gesprek. Als je het lang genoeg over de voordelen hebt gehad, ontstaat er vanzelf ruimte om te praten over de nadelen.
Geef in de loop van het gesprek ook jouw mening
Zeg op een geven moment ook wat jij er van vindt. Jouw kind hecht waarde aan jouw mening. Dit geeft houvast.
Handhaaf de regel: onder de 18 niet drinken
Drinkt je kind toch, zeg dan dat je hem of haar niet kunt stoppen. Maar ook dat je het niet goed vindt. Geef jouw mening. Schenk in dat geval ook thuis geen alcohol.
Wat doet alcohol met je? Wat zijn de voordelen van drinken? Bijvoorbeeld: Je voelt je ontspannen of bent meer zelfverzekerd. Je vindt de smaak lekker.
Wat brengt alcohol jou? Waarom is het leuk? Wat zijn de redenen dat je drinkt?
Hoe ging het avondje stappen?
Hoe was het? Met hoeveel waren jullie? Wie gaf de rondjes? Kon je ook nee zeggen?
Wat is het verschil tussen gebruik en misbruik?
Hoe ziet jouw kind de verschillen tussen gebruik en misbruik. Wanneer is er sprake van gebruik en wanneer wordt het misbruik? Bijvoorbeeld: dagelijks drinken, drinken onder schooltijd.
Wat zijn de risico’s van alcohol?
De risico’s zijn: agressie, vervelende avond, kater, alcoholvergiftiging, mogelijke invloed op de hersenen (de hersenen ontwikkelen zich tot het 24e jaar), de volgende dag slechter kunnen leren, grotere kans op alcoholproblemen op latere leeftijd.
Weet je hoe je de risico’s moet voorkomen?
Tips voor verstandig drinken zijn:
Wanneer vind je dat iemand veel drinkt?
Bij hoeveel glazen heeft iemand veel gedronken? Waar leg je de grens?
Probeer afspraken te maken over het drinken. Wanneer wel en wanneer niet. Spreek af dat jouw kind vertelt hoeveel er gedronken is. Kom na een aantal weken terug op die afspraken.
Tips bij het stellen van regels
Maak je je zorgen? Lees dan bij ‘heeft mijn kind hulp nodig‘ wat je kunt doen als je hulp zoekt voor jezelf of jouw kind.