Wat is de geschiedenis van cannabis?

Cannabis (hasj en wiet) wordt al eeuwenlang in veel verschillende functies gebruikt. Het is gebruikt als medicijn, als middel in religieuze ceremonies, als grondstof voor allerlei producten zoals textiel én als genotsmiddel (drug).

Hieronder hebben we de geschiedenis onderverdeeld in:

  • China/India
  • Grieken/Romeinen/Arabische wereld
  • Engeland, de VS en Frankrijk
  • De Opiumwet
  • De verandering van de Opiumwet in 1976
  • Uitbreiding en beperking van het aantal coffeeshops
  • Kabinet Rutte
  • Medicinale cannabis
  • Boeken

CHINA/INDIA

Op Chinese potten van 4000 jaar voor Christus zijn al afdrukken van de hennepplant gevonden. De Chinezen gebruikten hennep vooral voor textiel, maar ook wel als medicijn. In 2737 voor Christus werd het gebruik van cannabis al beschreven in Chinese medische geschriften.

In India werd het gebruikt tijdens religieuze ceremonies. De god Shiva (de schepper en vernietiger van de mensheid) was dol op cannabis. Op bepaalde festivals wordt cannabis geofferd aan de Hindoegod Shiva. Nu zijn er nog steeds sadhus die hun god eren door chillums te roken. Een chillum is een soort pijp waar cannabis in gerookt wordt.

In oude religieuze geschriften wordt een cannabisdrankje beschreven als een goddelijke drank, goed voor alles wat de mens nodig heeft.

GRIEKEN/ROMEINEN/ARABISCHE WERELD

De Grieken gebruikten cannabis als middel om de spijsvertering te bevorderen. Ook de Romeinen waren bekend met hennep. De vrouwelijke hennepplant zou goed zijn tegen oorpijn en menstruatie. Ook was het gebruikelijk om, ter verhoging van de algehele vrolijkheid, gasten na de maaltijd hennepkoekjes aan te bieden.

In de Arabische wereld werd in de negende eeuw voor Christus hasj als genotmiddel gebruikt. Vanuit de Arabische wereld verspreidde het zich over Afrika.

De Romeinen hebben het middel naar Engeland gebracht.

ENGELAND, DE VS EN FRANKRIJK

De Engelsen gebruikten de hennepplant voor het maken van textiel. Zij gebruikten het niet als drug. In de Amerikaanse kolonies van Engeland werd de teelt actief gestimuleerd onder andere voor de productie van touw en scheepstuig.

Bij George Washington, de eerste president van de Verenigde Staten, groeide hennep in de tuin. Hij was op de hoogte van de medische eigenschappen. Ook de lijfarts van Koningin Victoria zag het als een geneesmiddel voor hoest, hoofdpijn, astma en menstruatiepijnen. In die tijd was cannabis in de VS ook gewoon te krijgen. Het werd bijvoorbeeld verwerkt in een snoepje. Er zijn ook advertenties bekend waarbij ‘Indian Cigarettes of Cannabis’ aangeprezen worden als middel tegen astma en slapeloosheid.

In Frankrijk was er een dokter die meende dat hij, door gebruikers van cannabis goed te observeren, meer te weten kon komen over de oorzaken van krankzinnigheid. Hij nodigde een groepje schrijvers uit om het te gebruiken (zij noemden zich de Club des Hachachins). Een van hen was Baudelaire. Hij schreef een verhaal over hasj en wijn als middel om het bewustzijn te verruimen.

DE OPIUMWET

In 1912 vond in Den Haag een internationale opiumconferentie plaats. Hier werden afspraken gemaakt over de handel in opium. De Volkenbond, de voorloper van de Verenigde Naties had de taak toezicht te houden op de handel. In 1914 werd in de Verenigde Staten een drugswet aangenomen die opium verbood. In de jaren ‘20 werd cannabis in de Verenigde Staten steeds populairder. Begin jaren 30 waren er in New York zeker 500 gelegenheden waar cannabis gebruikt kon worden Pas in 1937 werd cannabis in de VS verboden met als argument dat het zou leiden tot moord en krankzinnigheid.

In 1919 kwam in Nederland de eerste Opiumwet tot stand, in 1928 de tweede. Onder deze tweede wet vielen ook de hennepproducten. Dat hennep daaronder viel was vreemd want Nederland kende op dat gebied geen enkel probleem. In 1925 werd in Genève een internationaal Opiumverdrag gesloten.

Dit werd in 1961 vervangen door het enkelvoudig verdrag van New York. Drugs mogen dan alleen nog maar gebruikt worden voor medische doelen en wetenschappelijk onderzoek.

DE VERANDERING VAN DE OPIUMWET IN 1976

In de jaren ’60 ontstond ook in Nederland een nieuwe jongerencultuur. Hasj werd populair. Aanvankelijk werd hiertegen opgetreden, maar de kritiek daarop nam steeds meer toe. In 1970 las Koos Zwart voor de radio de prijzen van cannabis voor. In 1972 werd de eerste coffeeshop in Amsterdam geopend. In datzelfde jaar verscheen het rapport van de commissie Baan. In dat rapport wordt al een onderscheid gemaakt tussen drugs met een onaanvaardbaar risico (harddrugs) en hennepproducten.

In 1975 kwam er weer een aantal coffeeshops bij. Inmiddels opereerden in jongerencentra ook huisdealers die hasj verkochten.

In 1976 werd in Nederland de Opiumwet gewijzigd en werd het onderscheid in hennepproducten (softdrugs) en drugs met een onaanvaardbaar risico (harddrugs) ook wettelijk vastgelegd. Toen werd ook besloten om de huisdealers voortaan met rust te laten. Zij moesten wel aan een aantal voorwaarden voldoen: geen harddrugs, geen reclame en ze mochten niet teveel hasj bij zich hebben.

UITBREIDING EN BEPERKING VAN HET AANTAL COFFEESHOPS

In 1980 werden deze voorwaarden voor het eerst gepubliceerd. Duidelijk werd toen dat opsporing door de politie, mits men zich aan deze voorwaarden hield, weinig prioriteit meer had. Velen trokken hieruit de conclusie dat dat ook gold voor verkoop in coffeeshops en begonnen een shop. Dat leidde in de jaren ’80 en ’90 tot een enorme uitbreiding van het aantal coffeeshops.

In 1995 kwamen de eerste tegengeluiden. Het aantal coffeeshops zou te sterk zijn toegenomen en de coffeeshops zouden overlast veroorzaken. In 1996 werden de richtlijnen verscherpt. De leeftijd ging naar 18 en er mocht niet meer verkocht worden dan 5 gram per persoon per dag. De richtlijnen van 1996 zijn:

  • geen reclame
  • geen harddrugs
  • geen toegang in de coffeeshop aan personen onder de 18
  • geen verkoop van meer dan 5 gram per persoon per dag.
  • Geen overlast
Sinds 1999 daalt het aantal coffeeshops. In dat jaar waren er 846 coffeeshops in Nederland. De afgelopen jaren lijkt het te stabiliseren. In 2019 waren er 570 coffeeshops. In 1997 trad in Amsterdam een nieuw coffeeshopbeleid in werking. Aan coffeeshops wordt een exploitatie vergunning gegeven die bij overtreding van de richtlijnen ingetrokken kan worden. In 2003 waren er in Amsterdam rond de 260 coffeeshops.

KABINET RUTTE

Het kabinet Rutte probeert het cannabis beleid aan te scherpen. Vooral omdat drugstoeristen veel overlast geven en het THC gehalte van cannabis sterk is toegenomen. De volgende maatregelen zijn genomen, ingetrokken of voorgesteld:

  • 2012: besloten club criterium. Van mei tot november 2012 gold in de provincies Limburg, Noord-Brabant en Zeeland het besloten club criterium. Mensen moesten lid worden van een coffeeshop en konden alleen met het bewijs van lidmaatschap toegang krijgen tot de coffeeshop waar ze lid van waren. Bedoeling van deze maatregel was het weren van drugstoeristen. De maatregel leidde tot veel handel op straat en verkoop via illegale verkooppunten en is dan ook in november 2012 weer afgeschaft.
  •  2013: ingezetenen criterium. Sinds 1 januari 2013 geldt het zogenaamde ingezetenen criterium. Ook hier is het doel het weren van drugstoeristen. De coffeeshop moet vaststellen of je ingezetene bent. Dat moet zij doen aan de hand van een geldig legitimatiebewijs in combinatie met een uittreksel GBA (gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens). Hoewel ingezeten criterium sinds 1 januari 2013 landelijk is ingevoerd wordt het in de meeste gemeenten niet nageleefd.  Enkele gemeenten waaronder Amsterdam en Rotterdam hebben laten weten niet actief op naleving van dit criterium te controleren.
  • 2014: afstandscriterium. Per 1 januar1 2014 geld de regel dat de afstand tussen een coffeeshop en een school tenminste 350 meter moet bedragen. Ook voor deze regel zal maatwerk gelden. Dat  wil zeggen dat gemeenten toch de vrijheid hebben om van deze regel af te wijken.
  • Toekomst: 15 % maatregel. De regering wil de consumptie en productie van zware cannabis verbieden. Het voornemen is om cannabis met een THC-gehalte van 15% of meer op lijst I van de Opiumwet te plaatsen en te beschouwen als een harddrug. Als deze maatregel ingevoerd wordt  zullen coffeeshops  alleen nog cannabis mogen aanbieden met een THC-gehalte, dat lager is dan 15%. Omdat dit praktisch waarschijnlijk niet haalbaar is, is de maatregel naar de achtergrond verdwenen. Het zou kunnen dat de maatregel ook niet meer ingevoerd wordt.
  • Experiment gesloten coffeeshopketen (wietexperiment): er komt een experiment om te kijken of legale levering, inkoop en verkoop van cannabis mogelijk is. Ook wordt de kwaliteit van deze cannabis gecontroleerd. Het experiment wordt uitgevoerd in 6-10 (middel)grote steden. In deze gemeenten moeten alle coffeeshops meedoen. Het experiment begint in 2021 en duurt 4 jaar.

MEDICINALE CANNABIS

In september 2003 werd het mogelijk om cannabis voor bepaalde aandoeningen op doktersrecept via de apotheek te verkrijgen. Nederland is het eerste land waar dat kan. Behalve als drug zijn er in toenemende mate claims dat cannabis ook kan helpen tegen bepaalde aandoeningen. Reden voor het ministerie van VWS om onderzoek hiernaar te stimuleren. Zij richtte in 2000 het Bureau Medicinale Cannabis (BMC) op.

De productie en levering van cannabis vindt onder verantwoordelijkheid van het BMC plaats. Aanvankelijk wees het BMC twee telers aan. Inmiddels is er daar nog één van over.

BOEKEN OVER DE GESCHIEDENIS VAN CANNABIS

Een boek waarin veel over de geschiedenis van cannabis staat beschreven is geschreven door Hans van Scharen, de Cannabisconnectie, uitgeverij Hadewijch (isbn 90 5240 387 2). Een aardig boekje over de Nederlandse geschiedenis is geschreven door Kurt van Es, De coffeeshop, uitgeverij Jan Mets (isbn 90 5330 214 x).

Zie ook de vraag: is het cannabisbeleid veranderd

 

Bronnen:

Uppers, downers, all arounders, CNS Publications, 2000.
Intraval

https://www.breuerintraval.nl/2020/01/15/artikel-aantal-coffeeshops-stabiliseert/

Versie: juli 2020