Wat is de geschiedenis van cocaïne?

Bij opgravingen in Ecuador heeft men ontdekt dat 5000 jaar geleden al op cocabladeren gekauwd werd. De bewoners van de Andes ontdekten dat pakdieren weer kracht kregen als ze bij trektochten door de bergen de bladeren van de cocaplant aten.

Voor de Inca’s was de plant heilig. De Inca’s kenden plantages waarop de cocaplant gekweekt werd. Gebruik was voorbehouden aan de heersende klasse. Echter mensen die zwaar werk moesten doen mochten het ook gebruiken. Gebruik zonder reden werd als heiligschennis beschouwd.

Met het verval van het Incarijk werden ook de regels rondom het gebruik minder strikt. Nu worden bladeren gekauwd tegen de honger, om lange afstanden te kunnen lopen en als medicijn tegen ziekten. De ‘cocade’ is een lengte maat en slaat op de afstand die met een bepaalde dosis cocabladeren kan worden afgelegd (1). En nog steeds houdt men bij de tinmijnen in Bolivia een cokepauze in plaats van een koffiepauze (1).

Spanje

De Spanjaarden die Zuid- Amerika veroverden dachten verschillend over het gebruik van coca bladeren. Aan de ene kant zagen ze er een belemmering in om de indianen tot het katholieke geloof te bekeren en was het de oorzaak van apathie en armoede.

Aan de andere kant merkten ze dat indianen het nodig hadden om op grote hoogte met weinig voedsel zwaar werk te verrichtten. Uiteindelijk bepaalde Philips II van Spanje, tegen de zin van katholieke missionarissen, dat gebruik van cocabladeren voor Indianen noodzakelijk was.

Europa

Rond 1550 brachten ontdekkingsreizigers producten als coca-bladeren, koffie, thee en tabak mee naar Europa. Tijdens de lange reis verloren de cocabladeren echter hun werking. Dit is waarschijnlijk de reden waarom de Europeanen de traditie van indianen om op cocabladeren te kauwen niet overnamen. Er was zogezegd niks aan. Tabak en koffie hielden hun werking wel. Deze producten sloegen in Europa wel aan. Met de huidige transportmiddelen zouden de bladeren uiteraard wel vervoerd kunnen worden. Zoiets gebeurt bijvoorbeeld met khat, een opwekkend middel dat wel door Somalische vluchtelingen wordt gebruikt. Op khat bladeren wordt ook gekauwd. Khat verliest binnen 48 uur zijn werking en wordt daarom per vliegtuig aangevoerd. Maar ook per vliegtuig is het de vraag of het gebruik van cocabladeren hier ooit aan zou slaan. In het westen bestaat geen gebruikscultuur van kauwen. In Zuid Amerika wel. Daar nemen beginnende gebruikers deze wijze van gebruik over van meer ervaren gebruikers.

In 1862 lukte het Nieman en Wohler de diverse bestanddelen van het cocablad te isoleren. Zij schreven dat de stof een bittere smaak had en de tong plaatselijk kon verdoven. In 1923 lukte het Willstätter om cocaïne op kunstmatige wijze samen te stellen zonder gebruik te maken van de cocaplant.

Vin Mariani

In 1863 patenteerde Angelo Mariani de wijn: ‘Vin Mariani’. Dit was een wijn die cocaïne bevatte. Paus Leo de XIII gaf Angelo Mariani nog een gouden medaille en noemde de ‘Vin Mariani een zegen voor de mensheid.

Freud

Een Duitse legerarts ontdekte het eetlustremmende effect van cocaïne. In 1883 schreef hij dat soldaten met minder voedsel toekonden wanneer zij cocaïne kregen.

Ook Freud raakte geïnteresseerd in de stof. Zijn beroemde publicatie Über Coca verscheen in 1884. Hij probeerde cocaïne op zichzelf uit en was onder de indruk van de effecten. Hij zag verschillende medische toepassingen: o.a. als middel tegen astma, slechte conditie, maagdarmstoornissen en alcohol- en morfineverslaving. Drie jaar na zijn publicaties over cocaïne werd echter duidelijk dat cocaïne verslavend was en mensen erdoor in de problemen konden raken.

In 1923 lukte het Willstätter om cocaïne op kunstmatige wijze samen te stellen zonder gebruik te maken van de cocaplant.

Verenigde Staten

Er was eind 19e eeuw een overvloed aan producten zoals zalfjes, poeders, tabletten, drankjes, sigaretten die cocaïne bevatten. Allerlei ziekten zouden ermee genezen kunnen worden. In artikelen werd coke afgeschilderd als een wondermedicijn. Die medicijnen waren vrij te koop. Men had er geen recept voor nodig. Pemberton introduceerde in de VS een drankje op basis van cocabladeren en kola noten: Coca-Cola.

Geleidelijk aan kwam in de VS de omslag. Men zag nadelige gevolgen en er kwam een beweging op gang die een eind wilde maken aan het zonder doktersvoorschrift kunnen kopen van allerlei medicijnen.

Voorts verschenen er in de kranten berichten dat cocaïne ‘gek geworden zwarte mensen zou aanzetten tot misdaden’. De publieke opinie sloeg om en staat na staat kondigde wetten af om het cocaïnegebruik te beperken. In 1903 mocht Coca-Cola geen cocaïne meer bevatten.

In 1914 werd de Harrisson wet (de Amerikaanse Opiumwet) ingevoerd. Het niet-medisch gebruik van coke werd verboden.

Recente geschiedenis

In 1928 wordt in Nederland de Opiumwet aangenomen. Ook deze wet verbiedt het niet-medisch gebruik van cocaïne.

Begin jaren zeventig begint men in de Verenigde Staten met het roken van crack. Crack is een rookbare vorm van cocaïne. De risico’s van crack zijn vele malen groter dan gewone cocaïne. Het roken van crack groeide in de Verenigde Staten uit tot een enorme epidemie. Ook in Nederland wordt sinds de jaren tachtig op kleine schaal basecoke of crack gebruikt. Het gebruik van basecoke beperkt zich voornamelijk tot de scène die ook heroïne gebruikt.

Eind jaren zeventig, begin jaren tachtig wordt snuifcocaïne in Nederland populair. Eind tachtiger jaren verdringt xtc de cocaïne. Later gingen ze weer min of meer gelijk op. Op dit moment is xtc weer populairder.

Bronnen

  1. Meertens, R. Stimulerende middelen: cocaïne. In:drugs en Alcohol. Gebruik, misbruik en verslaving.

 

Versie: oktober 2019