Kan blowen gevolgen hebben voor je schoolprestaties?
Intensief cannabisgebruik op jonge leeftijd (jonger dan 16 jaar) kan leiden tot minder goede schoolprestaties. Bij begin na 16e levensjaar of af en toe gebruik lijken er geen negatieve effecten gevonden te worden. Cannabis beïnvloedt:
- Je kortetermijngeheugen.
- Je concentratievermogen.
- Het tempo waarmee je informatie verwerkt.
Hasj en wiet zijn van invloed op een aantal vaardigheden, die je nodig hebt om je school en werk goed te kunnen doen. Als je stoned bent, functioneert je geheugen minder goed en ben je minder bij de les. Ook verandert het tempo waarmee je informatie verwerkt. Dit effect kan ook de dagen na gebruik nog aanhouden. Als je dus dagelijks of om de paar dagen blowt kan dit effect hebben op je schoolprestaties.
Kortetermijngeheugen
Gebruik van hasj en wiet verstoort het kortetermijngeheugen. Iemand vertelt je bijvoorbeeld iets, maar halverwege het verhaal ben je het begin al weer vergeten.
Uit onderzoek blijkt dat proefpersonen tijdens gebruik moeite hebben met het herhalen van een reeks cijfers of met het herinneren van een lijst voorgelezen woorden. Deze acute effecten van cannabis op het kortetermijngeheugen (of werkgeheugen) zijn kortdurend. Ze verdwijnen 3 tot 4 uur na inname. Afhankelijk van de mate van gebruik kunnen de effecten op het kortetermijngeheugen langer aanhouden. Op het langetermijngeheugen heeft cannabis geen invloed.
Concentratie
Langdurig gebruik van hasj en wiet beïnvloedt ook je vermogen om je aandacht ergens bij te houden. Taken die veel aandacht vragen gaan minder goed. Het blijkt vooral moeilijker om een onderscheid te maken tussen wat belangrijk en onbelangrijk is. Je vermogen om je te concentreren verandert ook. De concentratie kan zich gaan richten op een detail bijvoorbeeld op een blad aan de boom. Voor de les pakt dat natuurlijk verkeerd uit. Ook wordt je fantasie geprikkeld. Ook daardoor verlies je de aandacht.
Informatieverwerking
Ten slotte blijkt dat je door het langdurig gebruik van hasj en wiet informatie ook trager opneemt. Ook dat is natuurlijk niet goed voor school en werk. Als je stopt treedt gedeeltelijk herstel op, maar bepalen wat nu belangrijk is en wat niet, blijft moeilijk.
Hersenen
Voor al deze verschijnselen is ook een lichamelijke verklaring. Het blijkt dat cannabis vooral werkt op die plekken in het centrale zenuwstelsel (hippocampus en cerebrale cortex) die een rol spelen bij het kunnen onderscheiden van wat belangrijk is en wat niet. Deze verschijnselen kunnen toenemen naarmate je meer en vaker blowt.
Bronnen:
K. van der Heiden en G Schippers, handboek verslaving, 1982.
W. van den Brink, Hoe schadelijk zijn softdrugs, Justitiële Verkenningen, 2006.
Versie: juli 2020