Kan er een drug gemaakt worden die niet verslavend is?

Of een drug verslavend is ligt niet alleen aan de drug zelf, maar ook aan de persoon die het gebruikt (de set). Voor verslaving kun je vatbaar zijn. Ben je vatbaar dan is de kans dat je ooit een verslaving krijgt groter. Ook kan de omgeving (de setting) een rol spelen. Een omgeving die veel steun biedt of een omgeving waar weinig drugs voor handen zijn, maakt het risico om verslaafd te raken kleiner.

Drug

Sommige drugs zorgen voor een grotere kans om verslaafd te raken dan andere drugs. Er is geen enkele drug waar je na 1 keer gebruiken verslaafd aan bent.

Downers, zoals opiaten, benzodiazepinen, alcohol en GHB, kunnen een lichamelijke verslaving tot gevolg hebben. Ze zorgen voor ontwenningsverschijnselen. Ook kan het dempende effect wat ze hebben zorgen voor een geestelijke verslaving.

Stimulanten, zoals cocaïne en amfetamine (speed), kunnen soms ook zorgen voor lichte ontwenningsverschijnselen. Stimulanten zijn vooral geestelijk verslavend. Je denkt dan dat je ze nodig hebt.

Als je alleen kijkt naar het lichamelijke aspect van verslaving dan kan je zeggen dat tripmiddelen niet verslavend zijn. Sommige tripmiddelen zoals LSD, 2C-B en paddenstoelen zorgen voor een tolerantie. Als je het twee dagen achter elkaar neemt heeft het de tweede dag veel minder effect. Er zijn geen ontwenningsverschijnselen en meerdere dagen achter elkaar nemen heeft geen zin.

Wel kunnen tripmiddelen geestelijk verslavend zijn. Je denkt dan bijvoorbeeld dat een feestje niet meer leuk is zonder 2C-B. Dit komt echter weinig voor.

Set (persoonlijke eigenschappen)

Verslaving ontstaat doordat het beloningscentrum in de hersenen (centrum dat je beloont met prettige gevoelens) na gebruik op een zeer krachtige manier geprikkeld wordt waardoor ze zich lekker gaan voelen. Sommigen mensen hebben een minder goed functionerend beloningscentrum. Dit is deels genetisch bepaald. Drugs die het beloningscentrum op een krachtige manier kunnen prikkelen zullen door hen altijd zeer gewaardeerd worden. Zij voelen zich dan in verhouding lekkerder dan mensen waarbij het beloningscentrum normaal werkt.

Daarnaast worden de bijna emotionele ervaring van het gebruik en de effecten opgeslagen in het geheugen en vormen zeer krachtige herinneringen. Hierdoor zal de neiging om weer te gebruiken sterk zijn.

Vermoed wordt dat door herhaald druggebruik het beloningscentrum in de hersenen nog slechter gaat functioneren. Met andere woorden; door de prikkeling als gevolg van het druggebruik, verslechtert het toch al niet zo goed functionerende beloningscentrum nog verder.

Maar ook andere persoonlijke eigenschappen spelen een rol, zoals impulsiviteit.

Setting

De omgeving kan ook een rol spelen of iemand verslaafd raakt of niet. Het rat park experiment maakt dat duidelijk. Bij dit experiment konden ratten kiezen tussen twee vloeistoffen om te drinken: eentje met alleen water en eentje met zoet water en morfine. In een kaal park kozen de ratten vaak voor de vloeistof met morfine. In een park vol met afleiding werd deze voorkeur voor de morfine houdende vloeistof veel minder. Zo werd duidelijk dat de omgeving invloed kan hebben op de kans om verslaafd te raken.

De minst verslavende drugs zijn tripmiddelen. In de categorie tripmiddelen zijn er een aantal middelen die de meeste mensen misschien wel interessant vinden, maar niet erg prettig. Een voorbeeld hiervan is Salvia divinorum. Dit is een drug die veruit de meeste mensen, als ze het al nemen, maar een of een paar keer doen. Dit komt het meest in de buurt van een drug die niet verslavend is.

Versie: juni 2020