Rapportage over problematisch lachgasgebruik: ‘Als de tank je beste vriend wordt’

Download hier het rapport: Als de tank je beste vriend wordt

In de afgelopen jaren heeft het ooit zo ‘onschuldige’ lachgas een ware rage ontketend onder een nieuwe jonge doelgroep, met soms desastreuze gevolgen. Naar aanleiding van de risicobeoordeling van lachgas door het CAM (Coördinatiepunt Assessment en Monitoring nieuwe drugs) en het groeiende problematische gebruik van lachgas bij vooral niet-westerse Amsterdamse jongeren, wil de gemeente Amsterdam in samenspraak met de GGD, Reade en Jellinek Preventie een verkennend onderzoek naar de lachgasproblematiek bij Amsterdamse jongeren met een vooral Marokkaanse en Turkse migratieachtergrond.

Uit eerdere onderzoeken onder scholieren, studenten en uitgaanders hebben Marokkaans-Nederlandse en Turks-Nederlandse jongeren vergeleken met jongeren zonder migratieachtergrond of van westerse komaf doorgaans minder ervaring met alcohol en middelengebruik. De geloofsbeleving en het taboe op alcohol en andere bedwelmende middelen worden als beschermende factoren gezien ter verklaring van het relatief geringe alcohol- en drugsgebruik. Maar het gebruik van lachgas lijkt, gezien de huidige populariteit bij deze doelgroep, een uitzondering op de regel.

Dit vooronderzoek is allereerst bedoeld om meer inzicht te verwerven in de mechanismen die lachgas bij deze doelgroep zo populair maakt, maar gezien het groeiende aantal (soms ernstige)  gezondheidsverstoringen ook tot grotere zorg leidt bij jeugd- en preventiewerk, politie, handhavers en ouders. Een indicatie is dat het aantal lachgas-gerelateerde patiënten bij revalidatiecentrum Reade de laatste drie jaren sluipenderwijs toeneemt en dat ook bij het OLVG (spoedeisende hulp) en de verslavingszorg (Jellinek) meer cliënten aankloppen.

Het uiteindelijke doel van dit vooronderzoek is het ontwikkelen van een voorlichtingscampagne (en mogelijke interventies) om riskant gedrag en gezondheidsrisico’s bij deze kwetsbare doelgroep af te remmen, onder de aandacht te brengen, én hopelijk ook dat problematische gebruikers eerder bij de hulpverlening gaan aankloppen. Sociale influencers maar ook outreachwerk (in woonbuurten en rafelranden waar gebruikers samenkomen) zouden hier waarschijnlijk een belangrijke rol in kunnen spelen.