Lees hier onder eerst de algemene tekst over combineren van drugs en medicatie. Klik vervolgens in het schema eronder op een combinatie van drug en medicatie voor meer informatie.
Gecombineerd gebruik van medicijnen en drugs kan gevaarlijk zijn en wordt daarom ook afgeraden. De gevolgen kunnen verschillen van persoon tot persoon. Dat heeft te maken met je geslacht, je voeding, erfelijke factoren, je conditie, je lichaamsgewicht, etc.
Algemeen
Gebruik van verschillende middelen kan bestaande psychoses verergeren of nieuwe psychoses uitlokken. Verder zijn mensen met een psychische aandoening vatbaarder voor verslaving [5]. Het wordt daarom, afgezien van de interacties, bij deze ziekte sterk afgeraden!
Medicijnen en drugs kunnen elkaars werking versterken of juist verminderen. Als het ene middel het andere middel op deze manier beïnvloedt, spreken we van een wisselwerking of een interactie. Antipsychotica hebben verschillende interacties met middelen.
Ook op een indirecte manier kunnen middelen gevolgen hebben voor het effect van medicijnen. Als het gebruik van middelen samengaat met slaaptekort, maaltijden overslaan en het vergeten of niet volgens voorschrift innemen van medicijnen kan dit onverwachte gevolgen hebben.
Interacties tabak
Tabak versnelt de afbraak van antipsychotica. Daarom hebben mensen die roken; soms wel twee keer hogere antipsychotica-dosering nodig dan mensen die niet roken [2]. Wanneer je clozapine of olanzepine gebruikt, stop dan nooit zo maar met roken, zonder dat je arts is ingelicht. Stoppen met roken kan namelijk zorgen voor een gevaarlijk hoge concentratie en binnen een week leiden tot een intoxicatie [18].
Bij haloperiodol, chloorpromazine, flufenazine en perfanizine kan het ook mogelijk zijn dat de dosering verlaagd dient te worden. Bij quetiapine en risperidon is er geen duidelijk invloed van roken.
Als je een psychose hebt is het contact met de werkelijkheid verstoord. Zowel voor de patiënt als voor de omgeving kan dit erg beangstigend zijn. In de meeste gevallen treedt een psychose op door een psychiatrische ziekte zoals schizofrenie, manische depressie, extreme angst of als gevolg van drugsgebruik. Ook tijdens een moeilijke periode kan een psychose zich voordoen [1]. Psychose komt het meest voor bij mensen in de leeftijd van 16 tot 30 jaar [2].
Je kunt de kenmerken van een psychose opsplitsen in positieve en negatieve symptomen.
Positieve symptomen zijn kenmerken die je direct kunt waarnemen. Je ziet beelden of hoort stemmen die er in werkelijkheid niet zijn. Ook kun je last hebben van achtervolgingswaan: je denkt dat iemand je continu achtervolgt.
Mensen in psychotische toestand zijn vaak verward, onrustig en zien hallucinaties [3].
Negatieve symptomen zijn kenmerken die voorkomen als de ziekte chronisch wordt, zoals afvlakking van gevoelens, moeilijkheden met spreken, gebrek aan emotie en gebrek aan initiatief om dingen te ondernemen [3].
Tijdens een psychose is er in de hersenen sprake van een verstoring van de prikkeloverdracht tussen de zenuwen. Hierbij zijn verschillende neurotransmitters zoals dopamine en serotonine betrokken [3].
Antipsychotica
Antipsychotica worden voorgeschreven om psychosen aan te pakken. Ze kunnen vooral de positieve symptomen dempen, maar ook de negatieve symptomen verminderen. Na vier tot zes weken is er een duidelijk effect waar te nemen [3]. Middelen die bij psychosen worden toegepast kunnen we onderverdelen in vier groepen: klassieke antipsychotica, atypische antipsychotica, benzodiazepinen en het middel lithium.
Klassieke antipsychotica beïnvloeden in de hersenen de hoeveelheid van de stof dopamine. Hierdoor nemen de positieve kenmerken van de psychose af. Bijwerkingen: rusteloosheid, stijve spieren, abnormale bewegingen, seksuele problemen en verergering van de negatieve symptomen [4].
Voorbeelden: haloperidol (Haldol®), pimozide (Orap®), chloorpromazine, flufenazine (Anatensol®), perfenazine (Trilafon®) en zuclopentixol (Cisordinol®).
Atypische antipsychotica zijn de nieuwere middelen. Zij beïnvloeden in de hersenen de hoeveelheid van de neurotransmitters serotonine en dopamine. Zij hebben niet alleen invloed op de positieve symptomen maar verminderen ook de negatieve symptomen. Bijwerkingen: bloeddrukverlaging, duizeligheid, droge mond, gewichtstoename, suikerziekte, bloedarmoede en minder zin in seks [4].
Voorbeelden: aripiprazol (Abilify®), clozapine (Leponex®), risperidon (Risperdal®), olanzapine (Zyprexa®) en quetiapine (Seroquel®).
Soms worden bij psychoses ook benzodiazepinen voorgeschreven. Voor de interacties tussen benzodiazepinen en drugs verwijzen we je naar het hoofdstuk over slaapmiddelen.
Lithium (Camcolit®, Litarex® en Priadel®) wordt ingezet bij een manische psychose, omdat het een postitieve invloed heeft op sterke wisselende stemmingen. Hoe lithium (Camcolit®, Litarex® en Priadel®) precies werkt is nog niet bekend, maar het beïnvloedt waarschijnlijk de overdracht van prikkels in de hersenen.